
Super User
Water in beeld
Eind september maakten kinderen van de Emmaschool in Schoonhoven foto’s van water in hun eigen streek. De beste foto’s zijn onderwerp van de raamtentoonstelling Waterwerk, die afgelopen vrijdag door wethouder Dilia Blok werd geopend. Stenen in het water, een poldermolen en een strandje. De foto’s van de achtstegroepers van de Emmaschool laten goed zien hoe belangrijk water en waterwerken zijn in hun eigen leven. “Zonder dat geen droge voeten!”
Papier
De foto’s zijn sinds vrijdag te zien in de Emmaschool. Bij de onthulling trok wethouder Blok het papier weg dat de foto’s bedekte, in het bijzijn van een grote groep enthousiaste kinderen die (vanwege de laatste schooldag voor de kerstvakantie) in onesees waren gestoken. Dilia Blok: “Het mooie aan dit project is dat kinderen bewust gemaakt worden van de rol van water in hun eigen woonomgeving. Ze hebben de schoonheid en de risico’s van het water in de Krimpenerwaard zelf ervaren en dat zie je goed terug in hun foto’s. Ik ben echt onder de indruk.”
Bedenkers
Bedenkers en begeleiders van Waterwerk zijn de fotografen Pim Mul en Hermen Buurman, bekend van het eerdere project ‘Say cheese’, dat kinderen vertrouwd maakt met de herkomst van ons voedsel en het landschap in onze streek. Om dit project in Schoonhoven uit te voeren kregen zij steun van het Streekfonds en de Provincie.
Molen
De kinderen vonden het project leuk en leerzaam, vertelt hun leraar Randy van Vliet. Gewapend met een camera bezochten ze plaatsen die de relatie tussen mens en water goed zichtbaar maken, zoals de molen van molenaar Cees Noorlander in Streefkerk. Daar zagen ze met eigen ogen hoe de molen ervoor zorgt dat hoog water naar een lagere plek gepompt wordt. “Dat ze mochten klimmen in de wieken was helemaal een feest. Daar bovenin zie je de polder pas goed!”
Buik
Tess, een van achtstegroepers die meededen: “Ik vond het een leuk project. Eerst begon ik in het wilde weg te klikken, later ging ik beter kijken en kreeg ik door hoe je de foto beterkrijgt. In het zonlicht en de waterdruppels op mijn foto komen de zon en het water samen, dat vind ik mooi. Ik moest ervoor op mijn buik gaan liggen. De voorgrond is vaag en de achtergrond scherp, dat werkt ook goed.” Haar foto kreeg als bijschrift ‘Na regen komt zonneschijn’.
Blad
Haar klasgenoot Gilles moest hurken voor zijn foto. Hij fotografeerde een herfstblad op het strandje bij de Lek. “Misschien is het een blad dat van ver hier naartoe is gewaaid, misschien ook komt het van een boom vlakbij. Ik hou van water, vooral bij het strand.” Gilles gaf zijn foto het bijschrift ‘Waar zou ik vandaan komen? Noord-Amerika? Azië? Australië? Je zult het nooit weten.’ Het is het fascinerende van water- en natuurkracht, dat hij zo heeft weten te vangen.
Doorgeven
Wethouder Blok zou willen dat nog meer schoolkinderen de Krimpenerwaard op deze manier kunnen beleven. “Kinderen leren veel door zelf op onderzoek uit te gaan en wat ze in de klas horen ook zelf te ervaren. Wat ze daarbij over hun eigen streek leren kunnen ze weer aan anderen doorgeven.”
Meer lezen?
Bezoek de website van Proef de polder en lees alles over de projecten Waterwerk en See cheese.
Bekijk de foto’s van groep 8a en groep 8b van de Emmaschool.
https://www.flickr.com/photos/131713213@N08/sets/72157659128260520/
en
https://www.flickr.com/photos/131713213@N08/sets/72157659128260500/
Laat de molen weer malen
Op donderdag 10 december werd de start van de restauratie van de Molen achter Haastrecht gevierd. Onder het genot van een hapje en een drankje is de molen in het licht gezet. Ondertussen wordt er al hard gewerkt aan het herstel van de watergang onder de molen.
Aan de gasten werd gevraagd mee te denken over herbestemming van de molen. Meest genoemd is een Bed & Breakfast in de molen. Op een goede tweede plek komt een bezoekerscentrum of informatiepunt, gecombineerd met horeca.
Het Streekfonds Krimpenerwaard heeft financieel bijgedragen aan de inrichting van de molen. Ook diverse andere partijen hebben een bijdrage voor de restauratie toegezegd. De teller staat nu op zo’n 70.000 euro!
Dat betekent dat er nog 80.000 euro nodig is voor de tweede fase van de reastauratie. Het Zuid-Hollands Landschap, eigenaar van de molen, wil sponsoren graag iets terug geven voor hun bijdrage. Wat denkt bijvoorbeeld u van teambuilding in de natuur met uw bedrijf..?
Meer nieuws over de restauratie vind u hier http://www.boezemmolen.nl/nieuws/start-restauratie/
Zie voor meer informatie ook de website van het Zuid-Hollands Landschap
Project Beleef de reis van de zwarte stern
Elk voorjaar weet de bedreigde zwarte stern de Krimpenerwaard weer te vinden om er te broeden. Door een aantal sternen via een logger te volgen, kunnen we hun avonturen binnen en buiten de Krimpenerwaard meebeleven.
De zwarte stern krijgt dit jaar veel extra aandacht in de Krimpenerwaard. Er worden diverse maatregelen genomen om deze bijzondere soort te beschermen. Om te kunnen meebeleven hoe het de vogel vergaat, krijg een aantal vogels een logger.Daardoor kan hun reis over de wereld nauwkeurig gevolgd worden.
Via een online logboek op de website van het Zuid-Hollands Landschap vliegen bezoekers bijna live mee en volgen zij wat er gedaan wordt om deze bijzondere soort te beschermen. Het logboek wordt bijeghouden door zwarte stern specialist Jan van der Winden.
Ga naar het logboek
Hans Vogelaar
Vanaf mijn vroege jeugd woon ik in Bergambacht. Mijn middelbare school stond in Rotterdam. In die tijd was het openbaar vervoer nog nauwelijks een reële optie. Dat heeft geleid tot een dagelijkse fietsrit door de Krimpenerwaard. Die heb ik dan ook ervaren bij alle weersgesteldheden en in alle seizoenen. Dat was niet altijd plezierig, maar wel altijd indrukwekkend. Ik heb de Krimpenerwaard en haar landschappelijke waarde leren kennen en leren waarderen in al haar schoonheden. Ik vind het van belang om dat te behouden. Samen met de (andere) vrijwilligers van binnen en buiten het Streekfonds wil ik graag projecten ondersteunen die dat beogen. Mogen we indien nodig ook een beroep op u doen?
Angelique Pottuit - Latenstein van Voorst
Over de vraag of ik zitting wilde nemen in het bestuur van het Streekfonds Krimpenerwaard hoefde ik niet lang na te denken. In mijn vorige functie als coöperatie-adviseur van de Rabobank was ik nauw betrokken bij de opstart ervan. De Krimpenerwaard staat bekend om haar rust en ruimte en heeft met haar grote cultuurhistorische landschap een uniek karakter. De inwoners van de Krimpenerwaard voelen zich betrokken, hebben vaak een grote sociale verantwoordelijkheid en zijn trots op hun woongebied. Graag zet ik mij in om zoveel mogelijk partijen in de regio met elkaar te verbinden om goed om te blijven gaan met dit waardevolle landschap en het waar mogelijk verder te verfraaien. Voor bewoners is de Krimpenerwaard een goed bewaard geheim. Het wordt tijd dat ook mensen van buiten de waard kennis maken met deze buitengewoon mooie omgeving en haar gastvrije inwoners.
Gouderakse Tiendweg
De Gouderakse Lange Tiendweg stamt uit de ontginningsgeschiedenis van de Krimpenerwaard. Dat geeft de weg een grote cultuurhistorische waarde. Om die waarde ook in de toekomst te kunnen beleven, is het herstel van de beplanting hard nodig.
De afgelopen jaren is zwaar achterstallig onderhoud ontstaan. Nu het gebied in beheer wordt genomen als kerngebied binnen de Ecologische Hoofd Structuur (EHS) en is opgenomen in provinciale fietsroutes, is het wenselijk dat de landschappelijke beplanting wordt hersteld. Zodat de fraaie tiendweg in polder Kattendijksblok in Gouderak in duurzaam beheer kan worden genomen.
De Natuur Coöperatie Krimpenerwaard is de gebiedspartij die het onderhoud en beheer op zich neemt. De eerste onderhoudsactiviteiten hebben in maart 2015 plaats gevonden.
Herstel kleine landschapselementen
Het landschap van de Krimpenerwaard toont diverse sporen van het verleden. Pestbosjes, geriefhout, veenputten, polderkaden en tiendwegen vertellen veel over de geschiedenis van de streek. Willen we dat bewaren, dan is het hoog tijd voor wat achterstallig onderhoud.
Kleine bosjes op een door een ringsloot omzoomd stuk land. Rijtjes van boerenkuilen in het land. Verharde en onverharde kades die voor droge voeten zorgen en tiendwegen die langs de sloten slingeren. Het zijn cultuurhistorisch, landschappelijk en ecologisch waardevolle elementen die de Krimpenerwaard karakteriseren.
Veel van die karakteristieke elementen hebben dringend onderhoud nodig.
Ook moeten er goede afspraken worden om het beheer in de toekomst goed en duurzaam te regelen. Om die reden start dit jaar het project ‘herstel kleine landschapselementen’. Agrarisch Natuur Vereniging Weidehof is als gebiedspartner bij het project betrokken.
Het project stelt inwoners en bezoekers van de Krimpenerwaard in staat om het landschap ook in de toekomst te kunnen genieten, en er zowel heden als verleden te beleven.
Hekken voor vlinders
Houten hekken passen niet alleen goed in het landschap van de Krimpenerwaard, maar helpen ook de bedreigde argusvlinder.
De argusvlinder was lange tijd een algemene vlindersoort in Nederland. Maar sinds het midden van de jaren 1990 gaat het niet zo goed.
Ten opzichte van 1992 is de stand van de argusvlinder met maar liefst 98% gekelderd. Gelukkig is in de Krimpenerwaard nog een forse populatie argusvlinders aanwezig.
Vlinders in de Krimpenerwaard
Om die populatie te versterken werkt een aantal organisaties samen in een nieuw project.
Het komend jaar zullen 150 moderne aluminium hekken worden vervangen door traditionele houten varianten.
Daarmee krijgt niet alleen het oer-Hollandse karakter van de Krimpenerwaard een boost, maar wordt ook de argusvlinder een handje gekolpen. Die vindt de voet van een houten hek namelijk een geweldige kraamkamer!
Eitjes en rupsen
“Argusvlinders leggen hun eitjes liefst op warme plekjes bij houten hekken en paaltjes in het boerenland”, vertelt Anthonie Stip van de Vlinderstichting. Daarom zijn de nieuwe houten hekken goed nieuws. Zeker in combinatie met een aantal maatregelen om de plantengroei rond de hekken zo te beheren, dat de rupsen van de argusvlinder er goed gedijen.
Meer lezen
Voor dit project werken het Zuid-Hollands Landschap en de Natuurcoöperatie samen met de Vlinderstichting. In het meinummer van het Tijdschrift Vlinders staat een leuk artikel van Anthonie Stip over dit project. Via deze link is het te lezen.
Meetellen?
Vanwege het grote succes van vorig jaar wordt het telweekend argusvlinder herhaald op 23 en 24 mei 2015. Meer informatie is te lezen op www.vlinderstichting.nl/argusvlinder.
Rotondekunst Ouderkerk
De Vereniging Krimpener KunstWaard wil de dorpskern Ouderkerk een aantrekkelijke en herkenbare afslag geven. Daarom komt er een historisch herkenbaar kunstwerk op de rotonde aan de N210.
Het kunstwerk verbeeldt de toren van de oude kerk, waarnaar Ouderkerk genoemd is. Met een duidelijk herkenningspunt valt de afslag niet te missen!
De naam van het IJsseldorp Ouderkerk a/d IJssel verwijst naar de Oude Kerk. In de 12e eeuw was het dé moederkerk voor het dorp en omgeving. De Vereniging Krimpener Kunstwaard heeft het initiatief genomen een kunstwerk te laten maken dat refereert aan de Oude Kerktoren. Het kunstwerk is een opvallende open stalen constructie van 8 meter hoog. Passerende automobilisten kunnen ongehinderd de situatie op de rotonde blijven overzien door de open structuur.Het ontwerp is van de hand van beeldend kunstenares Louky Scheltema en industrieel ontwerper Eduard Duijnstee.
Louky Scheltema vertelt enthousiast over hoeveel mensen meewerken aan de realisatie: ‘Een kunstwerk op een rotonde neerzetten, doe je niet zomaar, daar zijn veel instanties bij betrokken en regeltjes aan verbonden. Daar is ook veel geld voor nodig. Ondernemers en inwoners van Ouderkerk hebben door middel van crowd-funding meer dan €10.000,- bijeen gebracht. Geweldig! En allerlei ondernemers bieden hulp en materiaal aan voor de fundering, de constructie en de plaatsing. Zo wordt het echt een kunstwerk van ons allemaal’.
Gevraagde investering vanuit het StreekFonds: € 2000,-
“De Krimpenerwaard is belangrijk voor de zwarte stern”
Ecoloog en vogelaar Rudi Terlouw weet alles over de bijzondere trekvogel, die 5.000 kilometer vliegt om in dit unieke gebied te komen broeden.
Rudi Terlouw raakte van jongs af aan vertrouwd met het uitgestrekte polderlandschap van de Krimpenerwaard. Nu doet hij er al vele jaren groenprojecten, waarbij natuurbehoud in samenwerking met natuurorganisaties en de agrarische sector voorop staat. De zwarte stern volgt hij al dertig jaar.
146 broedparen
Rudi: “De vogel werd veel gezien in de eerste helft van de 20e eeuw; je zag hier toen wel 800 tot 1000 paren. Na 1950 volgde een periode waarin het heel slecht ging met de bedreigde vogels ging: op het dieptepunt telden we slechts 80 paar. Nu zitten we op 146 en dat is tien procent van de totale populatie in Nederland. We merken dat het aantal de laatste jaren stabiliseert.
Kansenkaart
Terlouw houdt bij hoeveel er zijn en waar ze hun nesten maken. “Ik besteed er zo’n honderd uur per jaar aan.” Alle waarnemingen worden vastgelegd en voor elk volgend jaar komt er een kansenkaart. “Daarop zie je op welke broedplekken in de Krimpenerwaard de vogels het meeste kans hebben op nageslacht.”
Projecten
Die kansen kunnen vergroot worden. Met diverse gebiedspartners is Rudi betrokken bij een aantal projecten om de zwarte sterns een handje te helpen. Zodat hij weer in aantal kan toenemen en van de rode lijst voor bedreigde vogels kan.
Gemakkelijk herkenbaar
Eind april komen de vogels in de Krimpenerwaard aan. Iets groter dan een merel en iets kleiner dan een tortelduif zijn ze, en gemakkelijk herkenbaar aan de zwarte kop en buik, de leigrijze rug en vleugels en de witte onderstaart. Je ziet hem vaak boven water rondvliegen, steeds even stabiliserend om een insect of visje op te pikken.
Petje
“Als ik in de buurt van ze kom, zet ik altijd een petje op”, vertelt Rudi. Toch liep hij pas nog een schram op. De sternen bewaken hun nesten goed en vliegen krijsend op indringers af, om ze liefst “met wat onwelriekend materiaal te bombarderen”. Dat vraagt wel wat koelbloedigheid. “Oudere boeren die nog kolonies van 40 tot 50 paren in een slootje hadden, vonden ze maar lastig tijdens het melken.”
Imago
Niet alleen daarom had de zwarte stern vroeger niet zo’n goed imago bij de boeren. In de jaren 80 stonden boeren en natuurorganisaties soms lijnrecht tegenover elkaar, en stonden bedreigde vogels symbool voor “gezeur” en “regeltjes”. Terlouw: “Gelukkig is dat nu heel anders en wordt er goed samengewerkt. We hebben allemaal belang bij een mooie, soortenrijke Krimpenerwaard waarin boeren het economisch goed doen.”
Kritische kansenkaart
Terug naar de kansenkaart. Het broedseizoen van de zwarte stern kent twee kritische periodes. “In die periodes moeten we zorgen dat de kansen vergroot en de risico’s beperkt zijn. Als de sterns aankomen eind april, beginnen ze vrij snel met baltsen, paarvorming en nestplaatskeuze. Dan is het begin mei. Als er op dat moment gevaar dreigt, zijn ze zo weer weg.”
Energie
Een verstoring kost de vogels veel energie, die ze hard nodig hebben. Na een reis van 5.000 kilometer vanuit Afrika, moeten ze hier drie eieren leggen en uitbroeden, hun kuikens grootbrengen en dan, in september, weer 5.000 kilometer terugvliegen. Een geweldige prestatie voor zo’n klein vogeltje. Elke tegenslag betekent een nieuwe investering. Bijvoorbeeld in een nieuw nest.
Broedvlotjes
Terlouw: “Sinds 1995 plaatsen we elk jaar broedvlotjes, waar inmiddels zo’n 90% van de paren op broedt. De zwarte stern is een zigeuner: hij zoekt steeds opnieuw een geschikte nestplek en kiest graag voor broedvlotjes. Daardoor kunnen de vogels naar veilige plekken geleid worden. Plekken waar niet gemaaid wordt bijvoorbeeld, zoals brede grasstroken langs de sloot die de boeren laten staan.”
Nestvlieders
De tweede kwetsbare periode volgt eind mei, begin juni, na drie weken broeden. De kuikens zijn nestvlieders. Ze hebben veren en fladderen meteen uit bij gevaar. Bijvoorbeeld naar de slootkant, waar ze lastig zijn terug te vinden. Terwijl een half uur geen voedsel een enorme toename van de sterftekans betekent; normaal eten ze wel vijf tot zes keer per uur.”
Voedsel
Kleine vis, wormen, insecten zoals hommels, libellen en zweefvliegen. Er is veel voedsel nodig voor de kuikens. Terlouw: “De plek moet dus niet alleen een broedbiotoop, maar ook een foerageerbiotoop zijn. Bloemrijke weilanden, moerassige vegetaties en watergangen met veel drijfblad, zoals krabbenscheer.
Risico's
“Daar krijgt de wind minder grip op, het biedt luwe plekjes tussen de bladeren, er zit ook jonge vis. Ook bij mindere weersomstandigheden kan de vogel dan vis eten.”
Naast slechte weersomstandigheden, en dan vooral storm en slagregens, komt het gevaar van maaimachines. Maar ook roofdieren als de bunzing en roofvogels vormen een risico. En soms ook onoplettende kanovaarders, die dwars over de nesten peddelen.
Zwerven
In juli zijn de jonge vogels vliegvlug en gaan ze zwerven. Ze zoeken slaapplaatsen bij de Hoogeboezem, bij Lekkerkerk en bij de boezems van Kinderdijk. Ze zoeken moerasgebied op, ruien en verruilen hun jeugdkleed voor een eerste volwassenen winterkleed.
Back home
Eind juli begin augustus verlaten zwarte sterns de Krimpenerwaard en vliegen ze naar natuurgebied Kreupel bij het IJsselmeer. Dat is de grootste verzamelplaats van Europa, waar je soms vluchten ziet van 30.000 vogels. “Indrukwekkend”, verzucht Terlouw, die de enorme aantallen al eens vanaf een zeilboot op het |IJsselmeer zag. Vanaf luchthaven Kreupel trekken ze in het najaar weer naar Afrika weg.